2016 27 Welshpool - Mellington
Woensdag 30 augustus Etappe 53
Om acht uur hetzelfde ontbijt als gisteren en nog kort nagepraat met Diana. Er zijn vandaag nog twee andere gasten: wielrenners. Via het Montgomery Canal lopen we terug naar Buttington waar we weer op Offa’s Dyke Path komen en met levensgevaar een smalle drukke brug moeten oversteken. Daar begint een beklimming van 300 meter naar een ringfort op 408 meter hoogte. Het is een mooie klim met steeds beter uitzicht op Welshpool en Powys Castle.
Ook deze keer schijnt de zon weer flink, dus we smeren ons voor de zoveelste keer met factor 50 in. De eerste tube zonnebrand is al bijna op en we hebben in Welshpool al een tweede moeten kopen. Hoezo Wales? Het lijkt wel zuid Europa. Het ringfort is volledig bebost, maar de ring is nog duidelijk te zien. Samen met een goed uitlegbord geeft dit toch een ringfort idee. In de afdaling lopen we een Engelsman tegen het lijf die Offa’s Dyke Path probeert voor zijn charity tocht van 1600 km. Veel mensen vragen ons ook of we dit voor het goede doel doen. Niet dus, helemaal voor onszelf.
Wat verder moeten we door een behoorlijk groot bos en daar zien we extreem veel fazanten. We denken allebei dat het er meer dan 500 zijn. Dan blijkt dat die beesten hier worden bijgevoerd met ronde voederbakken, ze zitten werkelijk overal. Dat wordt flink jagen in oktober!
Na de lunch lopen we onder in het dal op en langs de dijk. Die gaat hier zo’n 9 km. in rechte lijn ongeacht het landschap. Offa heeft de dijk met een liniaal getrokken en geen natuurlijke barrières als heuvelruggen of rivieren gebruikt. Het pad volgt de dijk vrij nauwgezet, maar toch is het behoorlijk afwisselend. Soms erop, soms ernaast, dan alleen gras, dan bos, vaak grote losse eiken erop. Soms is hij nog een greppel met hoge dijk, soms alleen een lage verhoging in een wei. Hoewel het maar 2 kilometer om is naar een pub in Montgomery, die John en Richard gisteren nog aanbevolen, doen we dat niet. Deze dag is met zijn 20 km. en op en neer over de dijk en de vele stiles zwaar genoeg, ondanks dat het hier licht golvend is door weilanden en mais en er geen grote hoogteverschillen zijn.
Om zes uur komen we bij de camping van Mellington aan. Het was een landgoed met een landhuis en is nu een caravan park. Er zijn echter ook plekken voor passanten en die liggen rond de visvijver. We zijn er alleen. Marion komt doodmoe bij op een bank en bekijkt doodstil een eekhoorn die op een paar meter afstand passeert, Rob zet in nog steeds volle zon de tent op.
Aansluitend gaan we in het landhuis eten en hoewel het binnen én buiten als een waar kasteel uitziet (prachtig), is het in de bar gelukkig gewoon genoeg voor ons in onze wandelkleren. We eten er voortreffelijk en heel betaalbaar van de restaurant kaart en vallen om half negen in onze tent.