2016 29 Llanfair Hill - Dolley Green

Vrijdag 1 september Etappe 55

Link naar de foto's

Om zeven uur staan we op en dan blijkt het (weer) te missen. Dat hadden we bij de vorige keer wild kamperen op een heuvel (bij het ringfort) ook al. Nu miezert het ook nog, dus we ontbijten in de tent. Blij dat die daar groot genoeg voor is.

Met regenjas aan dalen we af naar Carbett Hall (1 huis), waar nog een voor iedereen bruikbare kraan is. Hier is het weer eens 140 meter omhoog over hei/varenpaadjes naar een mooi heidegebied dat tot vlakbij Knighton zal duren (5 kilometer). Het trekt alweer op en we komen de eerste wandelaars tegen, die net uit Knighton vertrokken zijn. In dit stadje ligt het Offa’s Dyke Centre en ze hebben zich slim genoeg de naam Offa’s Dyke Town aangemeten, weggekaapt voor andere plaatsen.

Bij dit Centre drogen we de tent en praten we met twee Engelse jongens die vanwege knieblessure er nu mee ophouden. Ze zijn heel geïnteresseerd in ons materiaal en zullen net al veel andere echte lange afstandswandelaars onze website wel raadplegen. We hebben al talloze kaartjes uitgedeeld dit jaar. Het standaard antwoord op de vraag of wij het hele Offa’s Dyke Path volgen, is dat dit ‘part of a bigger journey’ is. Daarop volgen altijd mooie gesprekken. Dat is absoluut een voordeel van een van de bekendste Britse National Trails: veel gelijkgestemden.

In Knighton nemen we een flinke pauze, waarin we zelfs een was draaien. Uiteindelijk duurt die pauze wel heel lang en wordt Rob wat chagrijnig. Na vier kilometer stug doorlopen nadert ons eindpunt van vandaag echter zo snel, dat tijdens een late lunchpauze (15u.) in de zon de tent definitief kan drogen en Rob’s humeur ook weer opklaart.

Wat nog resteert is woest weidegebied met natuurlijk onze dijk en wandelaars die zich naar Knighton spoeden, waaronder een Portugees en verschillende Engelse koppels. Het is hier duidelijk te merken wat de bijna standaard etappes zijn (Kington-Knighton) en dat wij daarvan afwijken, waardoor we alleen ’s morgens en ’s avonds tegenliggers tegenkomen.

Hoewel we slechte ervaring hebben met public paths die geen onderdeel zijn van een bewegwijzerde route, gaat de doorsteek naar Gumma’s Farm perfect. We kunnen daar in hun kleine fruitgaard onder de appels en pruimen kamperen en kunnen het buitentoilet/kraan gebruiken. Het lijkt erop dat meer boerderijen zoiets hebben, want bij de manege was dat ook zo. Dat scheelt weer laarzen uit en aan doen voor de boer (of poetsen). We eten de laatste keer uit een pakje, nuttigen nog wat wijn en liggen zoals altijd op tijd in bed.

Vorige dag       Volgende dag